Spring direct naar de hoofdnavigatie of de inhoud

Rol van labjournaal allerminst uitgespeeld

Onder de oude Amerikaanse octrooiwet gold het zogeheten first to invent-systeem. Dit betekende dat degene die het eerst een uitvinding had gedaan, volgens de Amerikaanse wet recht had op octrooi.

In de interference proceedings, waarin de prioriteitsvraagstukken werden behandeld, nam het laboratoriumjournaal (laboratory notebook) dan ook een centrale rol in als juridisch bewijsstuk.

Het first to invent-principe is echter per 16 maart 2013 in de VS vervallen, en als onderdeel van het Leahy Smith America Invents Act (AIA) geldt daar nu het first inventor to file-principe. Hoewel interference proceedings daarmee feitelijk tot het verleden behoren, zijn labjournaals geenszins overbodig geworden.

Een klassiek labjournaal is een ingebonden boekwerk waarin met onuitwisbare inkt de experimenten en uitkomsten worden beschreven, en waarbij de informatie is voorzien van een gedagtekende handtekening van degene die de informatie invoert (meestal een uitvinder) en ondersteund door een gedagtekende handtekening van een tweede persoon.

In de huidige Amerikaanse octrooiwet houdt het labjournaal bewijskracht bij ontleningsprocedures (derivation). Daarbij kan een uitvinder een verzoek indienen om als aanvrager te worden genoemd in een door derden ingediende aanvraag, als hij kan bewijzen dat de uitvinding aan hem is ontleend. Ook bij vrijwaringsprocedures (grace period) speelt het labjournaal een rol. Openbaarmaking van de uitvinding door een derde partij wordt niet aangemerkt als prior art indien bewezen kan worden dat de informatie over de uitvinding was overgedragen aan die derde partij.

Het labjournaal wordt verder gebruikt om voorgebruiksrecht (prior user right) aan te tonen. Wanneer men duidelijk en overtuigend bewijst dat men de uitvinding al één jaar vóór indiening van de octrooiaanvrage commercieel toepaste, kan onder het AIA een voorgebruiksrecht worden ingeroepen. Dit geldt nu voor alle technische gebieden, maar niet voor octrooien die op naam staan van een universiteit.

Niet in de laatste plaats zijn labjournaals belangrijk voor het bewijzen van uitvinderschap (inventorship). Uit het journaal dient de datum van conception of the invention te blijken, evenals de identiteit van degene die de uitvinding heeft gedaan.

Tegenwoordig zullen veel onderzoekers hun onderzoeksgegevens digitaal vastleggen. Bij digitale archivering zijn echter aspecten als ‘juridische toelaatbaarheid tot het bewijs’, ‘betrouwbaarheid van de inhoud’, en ‘bevestiging door een onafhankelijk getuige’ even belangrijk is als bij het klassieke handgeschreven labjournaal.

Verdere informatie over labjournaals en het gebruik van een elektronisch labjournaal (Electronic Laboratory Notebook, ELN) is te vinden op de website van V.O.